woensdag 27 augustus 2014

True Detective

Samen met mijn vriend kijk ik naar de serie True Detective, die speelt in Louisiana. We zijn in dat gebied vorig jaar op vakantie geweest, ook daarom is het heel leuk om die omgeving op tv weer terug te zien. In de serie speelt Matthew McConaughey, en die is heel mager. We vragen ons af waarom dat is. Op Google vinden we al snel het antwoord: voor zijn rol als aids patiënt in de film The Dallas Buyers Club is McConaughey 21 kg in 4 maanden tijd afgevallen.
 
Natuurlijk lees ik vervolgens ook allerlei interviews die hij gaf over het gewichtsverlies. Wat hij over het afvallen vertelt is heel herkenbaar: hij beschrijft dat hij veel honger had. Ook had hij heel veel tijd over, hij verveelde zich veel meer. Hij vertelt dat als je heel weinig eet, je dus ook heel snel met eten klaar bent. Hij zei: ’Je bent zo gewend aan je dagelijkse dingen, dat als je je eetpatroon verandert, dat je dan alles in je routine moet veranderen. En de dag lijkt veel langer te duren. Als je denkt dat het bijna lunchtijd moet zijn is het pas 9.30 uur’.
 
Hij had ook oplossingen: hij ging zijn eten met een hele kleine lepel eten, waardoor hij relatief lang over de maaltijd deed. Opvallend vond ik dat wat hij uiteindelijk zei over het afvallen: ‘het was niet het moeilijkste om minder te eten, maar het herindelen van mijn dag, mijn leven, was de grootste uitdaging’.
 
Dat herken ik ook wel van mensen op het spreekuur. Het veranderen van het eet- en leefpatroon wordt onderschat. De eerste gedachte aan minder snoepen en minder eten is vaak geassocieerd met hongergevoel en met zin in lekkere dingen wat dan onderdrukt moet worden. Natuurlijk is het goed om je hierop voor te bereiden. De verandering van het dagritme is minder voorzien maar even belangrijk.
 
De eerste stap is te gaan ontdekken waarom je doorgaans gaat eten. Hongergevoel is een manier van ons lichaam om te laten weten dat er eten ofwel energie nodig is. Maar er zijn gradaties van dat hongergevoel. Je zou dat hongergevoel in een cijfer kunnen uitdrukken. Bijvoorbeeld op een schaal van 1 tot 10. En je zou voor jezelf kunnen bepalen bij welk getal je iets gaat eten en wanneer het goed zou zijn om nog even te wachten.
 
Daarnaast is er gewenning, gewoonte, verveling, onrust en emoties die kunnen aanzetten tot eten. Als deze factoren een rol spelen, dan is het hongergevoel cijfer een lage waarde. Juist deze factoren blijven bestaan als je niet eet. En het is de kunst om hieraan een juiste draai te geven. McConaughey zei dat hij veel ging lezen, veel ging schrijven en andere projecten ging oppakken (zoals True Detective). Maar naast het oppakken van andere activiteiten is het ook goed om rust te vinden zonder daarbij te eten. Om te leren met emoties om te gaan zonder ze ‘weg te eten’. En soms is daar meer voor nodig dan de begeleiding van een diëtist.

donderdag 21 augustus 2014

Flitsende start

‘Ken je die reclame van Vodafone?’ vraagt een cliënt op het spreekuur aan mij. ‘Waarin een kale man in de badkamer voor de spiegel een haargroeimiddel op zijn hoofd smeert. Als hij dan het flesje terugzet in de kast en hij kijkt opnieuw in de spiegel, dan heeft hij opeens hele lange blonde haren.’ Ik beaam dat ik de reclame ken. ‘Zo zou ik het ook wel willen’, zegt mijn cliënt. ‘Dat je ergens aan begint maar dat het moeilijkste stuk al voorbij is voordat je het weet.’
 
 Deze uitspraak van haar vindt plaats aan het einde van een intakegesprek dat ik met haar had. Ze is een jonge alleenstaande moeder, die ook nog zorgt voor haar eigen ernstig zieke moeder. Ze heeft naar aanleiding van vermoeidheidsklachten en algehele malaise van haarzelf een reeks onderzoeken doorlopen. Daar kwam uit dat ze gluten intolerantie heeft: coeliakie. Ze heeft een tijd gewacht met het maken van een afspraak op mijn spreekuur. Ze vertelt dat ze er nog niet aan toe was. De moeheid maakt haar ambivalent: aan de ene kant kost het haar teveel energie op dit moment met alle zorgen en drukte die ze heeft om ook nog aan het dieet te beginnen en het vol te houden. Aan de andere kant weet ze dat een deel van de vermoeidheidsklachten er juist nog zijn omdát ze nog niet aan het dieet is begonnen.
 
Maar het is een zeer ingrijpend dieet. Het zal haar veel moeite kosten om het goed te volgen. Het vermijden van gluten in het dagelijks leven is ingewikkeld, tijdrovend en vereist veel kennis en in hoge mate planning. Ik leg haar uit dat de eerste stap is te weten waar gluten in zitten. Dat is de enige manier om ze goed te kunnen vermijden. Ik geef haar uitleg over gluten, vertel waar ze in voorkomen en laat haar kennismaken met verschillende websites waarop ze betrouwbare en duidelijke informatie kan vinden. De tweede stap in het kunnen volgen van het dieet is te weten welke voeding glutenvrij is. En ook heel belangrijk: welke voedingsmiddelen zijn glutenvrij en goede vervangers voor de glutenbevattende voeding die ze nu gewend is te eten. Hoe kan ze verpakkingen lezen en beoordelen op de aanwezigheid van gluten. De derde stap is het vinden van (online-) winkels die deze voedingsmiddelen verkopen. Ik vertel haar wat ik weet over de diverse (biologische) winkels op verschillende plaatsen in de stad. Ik vertel haar over glutenvrije merken die ze kan zoeken in de ‘gewone’ supermarkt en in de biologische winkels. Dat wordt voor haar al een zoektocht op zich. Hier komt dus al het stukje planning om de hoek kijken. Want hoe voer je zo’n tijdrovende zoektocht uit als je lichamelijk en emotioneel uitgeput bent, alleenstaande moeder én mantelzorger? En als je het dan hebt gevonden, gaat de planning gewoon door. Want elke week zijn er weer nieuwe boodschappen nodig. Voorraadbeheer, slim inkopen, handige routes uitstippelen zijn een onderdeel hiervan.
 
Ik hoop dat ze het kan opbrengen om hieraan te beginnen en het vol te houden. Het zal haar na investering van energie ook veel energie opleveren.

donderdag 7 augustus 2014

Kreeft

De eerste keer dat ik kreeft at, was in 2008 tijdens een eersteklas vlucht van Los Angeles naar New York. Ik herinner me het goed omdat ik het een ongekende luxe vond om eersteklas te vliegen en om dan ook nog eens kreeft te eten te krijgen, dat was helemaal geweldig. Sindsdien ben ik nog vaak naar de Verenigde Staten geweest (maar nooit meer eersteklas gevlogen) en heb ik nog vaak kreeft gegeten.
 
Hoewel ik het eten van kreeft nog steeds als een enorme luxe beschouw, is het dat in Amerika helemaal niet zo. Met name in kustplaatsen is kreeft heel gangbaar om te eten en ook heel betaalbaar. Hoe kan dat?  De meeste vissoorten die wij eten zijn schaars, hebben te maken met overbevissing, de hoeveelheden die gevangen mogen worden zijn aan banden gelegd. Er wordt ook steeds minder van gevangen. Bij kreeft is dat het tegenovergestelde. In Maine, waar kreeft wordt gevangen, is de vangst enorm gestegen. In de late jaren van 1800 werd zo’n 8 miljoen kilo kreeft gevangen. In 2000 was dat 26 miljoen kilo en in 2013 was dat ruim 56 miljoen kilo. Dat komt neer op 100 miljoen kreeften per jaar.
 
In tegenstelling tot mijn eerste keer kreeft eten, gaat in kustplaatsen het eten van kreeft niet gepaard met dikke katoenen servetten en porseleinen borden. Vaak zijn het simpele strandtentjes, soms alleen met een houten overkapping, wankele bankjes. Ze heten heel toepasselijk Lobster Shack of Crab Shack. Er staan ketchup, hotsauce en rollen keukenpapier op tafel om de handen aan af te vegen. Het eten komt in plastic mandjes, op vetvrij papier of in een emmertje op tafel. Heel simpel, casual en óverheerlijk. De mensen die er eten dragen hemdjes, shorts en flipflops. Niets bijzonders. Het ultieme vakantiegevoel met het ultieme vakantie eten.

Kreeft is ook nog eens heel gezond om te eten: het bevat nauwelijks vet of cholesterol. En het fijne is, hoe je het ook bestelt; helemaal heel, in stukjes of op een broodje, het blijft heel naturel. Het wordt niet gedrenkt in sauzen, vettigheid of olie. Wat je eet is puur kreeft. Het enige wat bij een vegetariër (zoals ik) nog weleens wringt is dat als je een kreeftenrestaurant in gaat dat je dan als het ware zelf degene bent die de kreeft doodt: de kreeft is speciaal voor jou gekookt.
 
Hoewel kreeft dus voor mij betekent dat ik op vakantie ben in een zonnige kustplaats,  vind ik het toch jammer dat het in Nederland niet zo gangbaar is om krab, kreeft, schaal-en schelpdieren te eten die recht uit de zee op je bord belanden zónder al teveel poespas. In zowel ambiance als in simpelheid van een gerecht. In Amerika is kreeft een delicatesse die iedereen zich kan veroorloven. In Nederland is dat denk ik de haring of de mossel. Beiden ook heel gezond, goed verkrijgbaar en simpel. Staat tóch iets minder glamorous  op je bord.